AVORIAZ 1800 Samenvloeiende architectuur
- HomePage
- Ontdek
- Het station
- Samenvloeiende architectuur
Passend in
het landschap
De architectuur vloeit samen met het omliggende landschap en gaat in de omgeving op. Het is een prachtig voorbeeld van moderniteit in harmonie met natuur. Hiermee hebben de unieke gebouwen van Avoriaz het skioord dan ook het label Grande Réalisation du 20ème Siècle gekregen (erfgoed uit de 20e eeuw).
In 1961 krijgt Jacques Labro de Prix de Rome. Op 26-jarige leeftijd ontmoet hij Gérard Brémond. Samen met Jean-Jacques Orzoni en Jean-Marc Roques – met wie hij architectenbureau Atelier d’Architecture d’Avoriaz (AAA) opricht – ontwerpt hij een heel nieuw soort skioord met een ideale en speelse opzet: 209.000 vierkante meter om te bebouwen, op basis van een auto-vrij skioord, bedacht door Jean Vuarnet, de Olympisch Kampioen downhill skiën van 1960.
Het team van architecten besluit afstand te nemen van regelmatige geometrische vormen en plaatst, tussen de wirwar van skipistes, appartementencomplexen, chalets en faciliteiten, naar gelang de topografie. Slechts één concept vormt de leidraad van hun werk: het ontwerpen van een architectuur aangepast op het natuurlijke decor zonder duidelijke enting op typische bergchalets of stedelijke volumes.
Hun project leidde tot een samenvloeiing van vormen, volumes en materialen met het landschap en de omgeving. De complexen Sosna, Thuya, Araucarya, en de chalets die daar tegenover liggen, zijn hier een uitstekend voorbeeld van: de architectuur, in samenhang met het natuurlijke decor, valt buiten elke traditie, met vrije lijnen en originele hoeken.
Elk bouwwerk is dan ook uniek qua vorm en volume, passend binnen de rondingen en dieptes van het natuurlijke reliëf. Het is een expressionistische stijl die het omliggende landschap benadrukt. Het oorspronkelijke ontwerp van het skioord, dat in 1964 werd gemaakt, is nu nog steeds de blauwdruk waarmee Avoriaz 1800 ook nu nog voor elk nieuw gebouw blijft doorontwikkelen.
Deze levende architectuur, die Jacques Labro beschrijft als « samenvloeiende architectuur », in navolging van Franck Lloyd Wright of Aval Aalto, gaat compleet in tegen het concept van bestaande bouwmethodes en vergelijkbare skioorden uit de jaren ’60 met strakke stedelijke lijnen en neo-rustieke stijl.
De gebouwen zijn geplaatst naar gelang het reliëf om volop te kunnen genieten van het uitzicht en de zon, door de omliggende bergen te benadrukken: onderaan de hellingen, bovenop heuveltjes of op de vlakte. Op deze manier wordt het landschap gebroken door afwisseling, voor een mooi evenwicht tussen de natuurlijke omgeving en de architectuur. Daken worden zo een nieuw type gevel dat de bewegende lijn van het landschap volgt.
In Avoriaz 1800 is overal hout. De gevels zijn bedekt met schaliën: cederhouten dakspanen die voor de typische daken in de Savoie worden gebruikt. De weerspiegeling tussen architectuur en kleuren wordt doorgevoerd tot de keuze van de tinten: de dakspanen worden ruw geplaatst, zodat tijd en elementen hun nuances kunnen achterlaten. Op die manier kleurt de zuidelijke gevel ottergrijs en de noordelijke gevel asgrijs, terwijl de oost- en westgevels een roodbruine tint krijgen, als die van boomschors of de omliggende rotsen. Het hout van de daken wordt dus bewust niet gelakt.
De daken lopen schuin door tot aan de grond, waardoor de sneeuw er heel de winter op blijft liggen. Dankzij dit sneeuwdek vloeit elk gebouw samen met zijn natuurlijke omgeving waardoor het zachte, besneeuwde landschap doorloopt tot op de gebouwen zelf.
Milieuvriendelijkontworpen
Avoriaz 1800 is revolutionair met zijn concept van een auto-vrije en samenvloeiende architectuur. Het skioord is vanaf het begin ook pionier op het gebied van duurzame ontwikkeling, in een tijd dat ecologie nog in de kinderschoenen stond.
Het aantal zonne-uren is een van de troeven van Avoriaz. Hiermee kan, dankzij de oriëntatie van het skioord, een stedelijke ecologie worden ontwikkeld, waarbij alle leefruimtes op het zuiden liggen. Slaapkamers en gangen worden bewust op het noorden geplaatst. De zon en het natuurlijke daglicht vormen belangrijke natuurlijke energiebronnen. De belangrijkste technische innovaties die in het skioord zijn toegepast: isolerende sneeuwdragers voor een betere isolatie van de gebouwen, losse balkons om thermische bruggen te breken en toepassen van isolatie van buitenaf.
- In 2011 bereikt het eerste testcomplex een consumptieniveau van zo’n 70 kwu/m²/jaar. Ofwel: 44% minder dan de vereiste norm binnen de regels van thermische isolatie, dankzij een aantal technische en bouwkundige faciliteiten: driedubbele ramen, dubbele ventilatiestroom, glazen tussenwanden om verse lucht op te warmen… Het complex van Pierre & Vacances kwam als winnaar uit de bus in de categorie « nieuwbouw », binnen het kader van het regionale bouwproject « Gebouwen met lage energieconsumptie » dat geleid werd door de regionale delegatie van het ADEME (organisme voor ecologische transitie), het Conseil Régional Rhône-Alpes en het Agence Régionale de l’Habitat.
- In 2008 werd er door Avoriaz een discussiegroep opgericht met als thema: duurzame ontwikkelijk in de praktijk. De meest milieuvriendelijke skioorden ter wereld zijn lid van deze groep.
- Op 31 oktober 2012 won Avoriaz bij de World Snow Awards in Londen de prijs voor het meest innoverende skioord op het gebied van duurzame ontwikkeling, tussen deelnemers als Jackson Hole (USA) en Paradiski.
- In 2016 kreeg appartementencomplex Amara (Pierre & Vacances Premium) het label Clef Verte (Green Key): het eerste internationale label voor toeristische accommodaties met respect voor het milieu.
Binnenhuisarchitectuur
Voor het interieur gebruikte Jacques Labro hetzelfde concept van afwisseling, in een unieke barok-stijl waar vakantieplezier en de wensen van gasten centraal staan.
Elk appartement is ontworpen als een leefruimte die het dagritme van een skiër volgt. Ramen zijn als een schilderij dat het natuurlijke decor benadrukt, « een inleidende weg, een pad naar het licht en het uitzicht » volgens Jacques Labro.
Halve verdiepingen, openingen in het beton om gevoel van ruimte en perspectief te bieden, met trappenhuizen en gangen die dezelfde vrijheid geven als de architectuur buiten. Met de tijd en de ontwikkeling van levensvormen naar grotere leefruimtes, zijn de appartementen ontworpen en aangepast op onze huidige manier van leven.
Hotel des Dromonts
Als eerste gebouw van het skioord, geopend rond kerstmis 1966, is dit hotel kenmerkend voor het ontstaan van Avoriaz, wat te zien is aan de handvatten op de voordeur: in de vorm van een 6 en een 7. Het Place des Dromonts vormt het historische hart van het skioord, waar de op de bergen geïnspireerde bouwstijl het meest duidelijk zichtbaar is.
Het hotel is een symbool van Avoriaz, in de vorm van een pijnboomappel. Het lijkt uit de grond naar de hemel te schieten. De uitgevouwen opzet van het hotel biedt een panoramisch uitzicht. De gevels en daken vormen samen stijlvolle en onderbroken lijnen die uitkomen op het heuveltje waar het hotel tegenaan gebouwd is. Het interieur wordt gekenmerkt door haken, patrijspoortjes, perspectieven en gangen. De ontvangsthal van hotel des Dromonts is, vanwege de speelse indeling, een uitstekende samenvatting van de sfeer die vooraf ging aan de eerste werkzaamheden: hoeken, nog meer hoeken, gebroken verdiepingen, trappenvleugel, kruisende overlopen, open haarden in de vorm van een oven.
Het leisteen uit de steengroeve van Morzine is terug te vinden in elke badkamer. Het stof van de gordijnen, stoelen en banken is op maat gemaakt in de kleuren oranje, paars, turquoise, blauwpaars en kameel.